donderdag 4 oktober 2012
Recensie 'Enigma'
‘Wie ik ben en waar ik vandaan kom, weet ik niet, en hoewel ik niet gewenst was, hield ik zo oneindig veel van mezelf dat ik mijn eigen stront opvrat. Zeggen ze. Maar ze zeggen zo veel.’ Zo begint ‘Enigma’, de genomineerde thriller van Deflo. Een sterke aflevering in zijn reeks met rechercheurs Dirk Deleu en Nadia Mendonck. In de loft van IT-specialist Slootmaekers wordt een verminkt lijk gevonden. De eigenaar van de loft heeft een sterk alibi: hij was in het buitenland toen de man werd vermoord. Maar Slootmaekers en de vermoorde man bleken elkaar wel te kennen. De rechercheurs spitten in hun verleden. En ontdekken vreemde dingen. De verhouding tussen de vermoorde en zijn vrouw bijvoorbeeld. Intussen geeft de moordenaar commentaar en vertelt hij zijn verleden. Deflo steekt vaart en ritme in een knap gecomponeerd verhaal.
Bron: Fred Braeckman in 'Knack'
Bron: Fred Braeckman in 'Knack'
zaterdag 21 juli 2012
Recensie Losers
J. van Leeuwenkamp
Titel
LOSERS
Auteur
Deflo Luc
Ik lees met grote regelmaat tegenwoordig thrillers van Vlaamse bodem,, en ik moet zeggen dat het mij aangenaam bevalt. De losse manier van schrijven op zijn Vlaams vind ik geweldig. Zo ook dit boek van Luc Deflo. Deze auteur heb ik een warm plekske in mijn hart gegeven. Heerlijk zoals hij dit verhaal heeft neer geschreven over het crapuul van de schemerwereld om ons heen, wat toch in ieder land om ons het zelfde blijkt te zijn. Het verhaal bevat van alles zoals humor, verbazing,en een prettig thriller gehalte. Luc heeft al heel wat andere indrukwekkende titels op zijn naam staan,ik zou dus willen zeggen,probeer dit boek van hem dan ben je denk ik gelijk aan deze auteur verknocht. Thanks Luc voor weer een fantastisch boek.: En graag bedank ik uitgeverij Manteau voor dit recensie-exemplaar.
woensdag 4 juli 2012
LOSERS

zondag 10 juni 2012
Kortverhalen Deel 1
http://www.lulu.com/spotlight/deflo
Exclusief en uitsluitend te koop via deze link
Preview beschikbaar on-line
Paperback, hardcover of e-book
Ook in grote letter voor slechtzienden
Paperback, hardcover of e-book
Ook in grote letter voor slechtzienden
maandag 4 juni 2012
vrijdag 24 februari 2012
Prooi

Bijna middernacht. Inge Gerets komt van een personeelsfeestje in het chique Anderlechtse Westland Shopping Center. Ze moet voortmaken. Anders mist ze de laatste trein richting Mechelen. In Sint Guido, de dichtstbijzijnde metrohalte ligt het perron er verlaten bij. Op het signalisatiebord is welgeteld één rode stip te zien. Van een metrostel dat twaalf minuten geleden is vertrokken. Van inkomend verkeer geen spoor. Als ze een taxi overweegt en rechtsomkeert wil maken, merkt ze tot haar verbazing dat ze niet alleen is. De jonge allochtoon, zelfzeker en arrogant, staart haar aan alsof hij naar iets smerigs kijkt.
Blijven of weglopen? Kiezen. De essentie van het leven. Maar wat als er geen keuze is? Als het noodlot nonchalant je enige uitweg blokkeert. De roltrap. Inge beseft dat ze als een rat in de val zit. Ze panikeert. Waarom ik? Probeert zichzelf te sussen. Die jongen wacht gewoon op een vriend. Haar gemoed schiet vol en ze haast zich naar het eind van het perron, murw gebeukt door haar emoties. Ben ik een racist? De jonge allochtoon komt haar niet achterna. Op het signalisatiebord floept een rood bolletje aan. Nog tien minuten wachten. Inge haalt opgelucht adem. Als haar ogen langs de muur glijden, ziet ze een vuilniszak. Het ding hangt over de bewakingscamera. Is dat toeval? Of het begin van een verschrikkelijke nachtmerrie waaruit Inge nooit meer zal ontwaken?
Phobia
Het meisje lag op haar rug. De benen onder haar plooirokje in een onnatuurlijke kromming, alsof ze niet van haar waren, alsof ze wilden wegrennen. Ze was halfnaakt en gekneusd. Haar topje was opengescheurd. Bij de hals. Alsof ze had gevochten voor haar leven. De rode vlekken op haar schouders en knieën leken op brandwonden. Een schouder was uit de kom. Haar vingers waren opgezwollen, met ingescheurde nagels. Sommige tot diep in het vel. Voorbij de nagelriemen. Aan haar vingertoppen hingen korsten bruin bloed. Alsof ze met haar blote handen een kuil had moeten graven. Haar eigen graf. Een nagel was afgebroken, tot diep in het roze vlees. Met een knijptang uit haar vingertop gerukt, dacht Deleu, die op zijn tanden beet en zijn emoties probeerde te negeren. Het meisje was al een tijdje dood; haar gelaat had de kleur van was en de fletse schaduwpartijen op haar benen waren lijkvlekken. Hoe oud kon ze zijn? ging het door Deleu heen. Hij keek naar Nadia Mendonck, die naast hem stond, in stil afgrijzen. ‘Hooguit vijfentwintig’, raadde ze zijn gedachten.
Abonneren op:
Reacties (Atom)